Hoofdstuk 9.
"Hallo, ik ben rechercheur De Jong, Lisa de Jong. Ik wil je even wat vragen stellen." Maartje keek op en keek recht in het gezicht van een jonge vrouwelijke rechercheur. Ze schatte haar ergens rond een jaar of 24. "Kende je het slachtoffer?", vroeg Lisa. Maartje schudde van nee. "Nee, ik ken haar niet. Ik heb haar vandaag voor het eerst gezien toen ik me moest melden bij mevrouw Janssen." Lisa keek Maartje aan. "En je hebt geen idee wat er gebeurd is?", vroeg ze. "Nee, ik liep de trap af en toen zag ik haar zo liggen", antwoordde Maartje. "Ik raakte in paniek en ben meteen weer de trap opgelopen en toen kwam ik mevrouw Janssen tegen. Zij heeft 1-1-2 gebeld." Maartje barstte in een zacht snikken uit.
Lisa legde haar hand op Maartje's schouder om haar troost te bieden. Ondertussen zag ze hoe het ambulancepersoneel het levenloze lichaam in een lijkzak deden. "Vreemd. Een meisje dat eigenlijk 15 jaar zou moeten zijn, maar in plaats daarvan juist alle lichamelijke kenmerken vertoont van een peuter, of sterker nog, een baby", dacht ze bij zichzelf. Niet alleen door het vrij jonge gezicht met die kinderlijke ogen, maar vooral door de kleding waarbij die enorme luier natuurlijk niet te missen valt. Het viel Lisa bovendien op dat dit geen gewone incontinentieluier was, want aan de voorkant waar de plakstrips geplakt waren stond immers in gekleurde letters het woord BABY.
"Weet je écht zeker dat je het slachtoffer niet kent?", vroeg ze opnieuw aan Maartje. "Nee, ik weet alleen dat ze Sophie heet. Dat hoorde ik mevrouw Janssen toestraks roepen toen ze de trap af kwam en haar zo zag liggen. Zij zal haar dus hoogstwaarschijnlijk wél kennen. Maar ikzelf heb haar dus nog nooit eerder heb gezien hier op school. En naar wat ik weet heeft mevrouw Janssen geen kinderen, dus ik denk niet dat ze familie is. En kinderen van de basisschool hiernaast kunnen en mogen hier niet komen."
Dat ze vermoedde dat Sophie wellicht tóch de dochter was van mevrouw Janssen vertelde ze echter niet. Ook niet over haar vermoedens over de borstvoeding en de gevulde zuigflessen die in de minikoelkast stonden. Want hoe meer ze er zelf over nadacht, hoe idioter het eigenlijk klonk. Bovendien, zou Lisa haar eigenlijk wel geloven? "Goed, dan wil ik alleen nog even wat gegevens van je noteren en dan kun je gaan, dan praat ik nog even met mevrouw Janssen. Mocht je echter toch nog wat te binnen schieten, laat het me dan weten, oke?" Maartje knikte en gaf Lisa haar adresgegevens.
Mevrouw Janssen stond iets verderop en keek naar hoe het ambulancepersoneel bezig was het lichaam weg te voeren.
"Mevrouw Janssen?" Lisa kwam naast haar staan. "Mijn naam is rechercheur De Jong. Ik wil u wat vragen stellen." Mevrouw Janssen keek Lisa aan. "Fijn, een of andere troela die denkt dat ze de zaak wel even kan oplossen...", dacht ze sarcastisch. "Ja?, wat wil je weten?", vroeg ze daarom kortaf. "Weet u wat er gebeurd is?", vroeg Lisa. "Nee, dat is jouw taak om uit te zoeken, nietwaar? En zoals jou waarschijnlijk net al is verteld kwam ik Maartje tegen op de trap en daarna zag ik Sophie hier liggen en heb ik 1-1-2 gebeld. Geen idee wat er dus gebeurd is."
"Dus u kent haar? Was het een leerling van u? Misschien familie?", vroeg Lisa. "Nee, ze was geen familie. Ze was een oud-leerling. Geen idee wat ze hier in de school deed. Ik heb haar in ieder geval weggestuurd. En over de kleding die ze aan heeft... Geen idee waarom ze dat draagt. Misschien is het een grap ofzo? Ik ben niet zo thuis in al die trends onder de jongeren... Goed, was dat het? Ik wil graag naar huis!"
"Geef mij alleen even uw adresgegevens en dan mag u gaan", antwoordde Lisa. Mevrouw Janssen gaf haar adresgegevens en liep samen met Maartje de trap af. Lisa keek hen na en bleef vooral lang naar mevrouw Janssen staren. Waarom had ze toch zo sterk het gevoel dat mevrouw Janssen meer wist dan ze vertelde?...